Ons specialisme
Wij treden op voor particulieren maar ook vaak voor gemeenten, waterschappen en andere grootgrondbezitters. Aan deze professionele partijen geven wij ook cursussen om hen te helpen met een effectieve aanpak van verjaring. Met enige regelmaat publiceren wij ook over verjaring, bijvoorbeeld wanneer een baanbrekend arrest is gewezen.
Wat is verjaring?
Verjaring is in verschillende wetten opgenomen om onrechtmatige situaties, die gedurende een lange termijn hebben bestaan, juridisch te bestendigen. Kort gezegd: Als betrokken partijen weten dat een situatie onrechtmatig is, maar zij doen hier binnen de toepasselijke termijn niets aan, dan wordt deze onrechtmatige situatie automatisch rechtmatig. Verjaring is niet van toepassing bij alle onrechtmatige situaties, maar speelt in alle juridische domeinen een rol. Enkele voorbeelden: In het strafrecht kan vervolging van een verdachte niet meer plaatsvinden, in het bestuursrecht kan de inning van een geldboete niet meer plaatsvinden of in het civiel recht kan de ontruiming van een stuk grond na verjaring niet meer met succes worden gevorderd.
Verjaring bij grondgebruik (snippergroen, groenstroken, landjepik)
Verjaring van een vordering tot ontruiming heeft een bijzonder gevolg. De eigenaar kan de gebruiker niet meer van de grond krijgen, maar staat in de openbare registers nog wél als eigenaar ingeschreven. De wetgever heeft voor deze situatie bepaald dat met de verjaring van de vordering ook het eigendom overgaat op de gebruiker. Om dit formeel vast te leggen moet een notaris de overdracht van de grond opnemen in de openbare registers.
Waarom verjaring?
Rechtszekerheid is naar algemeen oordeel de grondslag voor verjaring. Voor de genoemde voorbeelden gelden verschillende wettelijke verjaringstermijnen. De wetgever heeft met de vaststelling van deze termijnen bepaald wanneer het niet meer mogelijk is dat de vordering met succes kan worden ingesteld. De verdachte, degene die een boete heeft gekregen of degene die onrechtmatig grond gebruikt heeft na die termijn zekerheid dat hij niet meer in rechte kan worden aangesproken. In literatuur is ook wel aanvaard dat verjaring als een sanctie moet worden gezien voor degene die al die jaren niets heeft gedaan. De kan zijn de officier van justitie die een aanklacht niet op tijd indient, de overheid die nalaat boetes te innen of een grondbezitter die geen actie onderneemt als iemand anders zijn grond in bezit neemt. Zij worden “gestraft” vanwege het feit dat zij niet tijdig in actie zijn gekomen.
Bevrijdende of verkrijgende verjaring?
Bevrijdende en verkrijgende verjaring zijn twee verschillende soorten verjaring. Om de eerste verwarring weg te nemen; beide vormen leiden tot verkrijging van eigendom door de gebruiker. Het grootste verschil is dat voor verkrijgende verjaring bezit te goeder trouw vereist is. Er moet objectieve redenen zijn waarom de bezitter van grond dacht en uitstraalde dat hij de eigenaar was. Indien aan de vereisten voor verkrijgende verjaring wordt voldaan dan geldt een verjaringstermijn van 10 jaar. Voor een beroep op bevrijdende verjaring hoeft men niet te goeder trouw te zijn. De bezitter kan dus bewust aan landjepik doen. Ook dan gaat – indien sprake is van bezit – een verjaringstermijn lopen; in dat geval een termijn van 20 jaar.
Bevrijdende en verkrijgende verjaring worden ook respectievelijk extinctieve en acquisitieve verjaring genoemd. Redelijk frequent nog worden deze termen door advocaten en rechters aangehaald. Dit zijn oude wettelijke termen, die ik op deze website zoveel mogelijk zal vermijden. Zorg dat u weet over welke vorm u het heeft! Nog een keer dus: Bevrijdende verjaring = extinctieve verjaring, verkrijgende verjaring = acquisitieve verjaring.
In één van de eerste artikelen op deze site ga ik nader in op de verschillen tussen bevrijdende en verkrijgende verjaring en de vraag hoe goede trouw tot stand komt.
Oplossingen
Als een partij stelt dat er sprake is van verjaring kan hij een verzoek doen aan een notaris de verjaring en de overgang van het eigendom in te schrijven. Een notaris kan hiermee instemmen of dit weigeren. Hiervoor is van cruciaal belang de vraag of de eigenaar instemt met de inschrijving. Doet hij dat niet dan zal een notaris normaliter niet overgaan tot inschrijving. In dat geval moet de rechter er aan te pas komen. Partijen leggen hun geschil aan de rechter voor en die wijst een vonnis. Hoger beroep is mogelijk, maar als uiteindelijk het oordeel van de rechter is dat er sprake is van verjaring, kan het vonnis of arrest aan de notaris worden overhandigd die daarmee alsnog de verjaring inschrijft. Een mooiere oplossing is uiteraard overeenstemming in overleg tussen partijen. Zij kunnen dan afspreken of en onder welke voorwaarden het gebruik kan worden voortgezet en/of het eigendom wordt overgedragen.